Jennifer Egan interview (De Standaard)

De lokroep van het water

 

Lees hier de krantenversie: Jennifer Egan Manhattan Beach interview 1 Jennifer Egan Manhattan Beach Interview 2

 

Gangsters, duikers en filmsterren: ze bevolken ‘Manhattan Beach’, de nieuwe, epische roman van Jennifer Egan. In Brussel vertelt ze over haar verlangen om een sterk vrouwelijk personage neer te zetten.

 

Kathy Mathys

 

Bruisend, levendig, grappig: Jennifer Egan is het allemaal. Vlak voor het interview begint, struikelt ze op de trap en krijgt ze een bult ter grootte van een ei op de pols. ‘Typisch voor mij,’ zegt Egan lachend. ‘Mijn kinderen noemen me clumsy mumsy.’

Egan legt ijs op de pols en dan begint ze te vertellen over haar boeken die altijd beginnen met een plaats en een atmosfeer. Nog voor personages of thema’s opduiken, is daar een plek die danig onweerstaanbaar is dat Egan er wel moet over schrijven.

Haar meest recente roman begon met beelden van het water in New York. In 2005 wist Egan dat ze wilde schrijven over de stad tijdens de Tweede Wereldoorlog. Toen al begon ze met onderzoek en bestudeerde ze oude foto’s uit die tijd. Het viel haar op dat haast alle beelden de oevers van de grootstad lieten zien. De pieren hadden in die tijd nog een commerciële functie en dat gegeven intrigeerde haar.

‘Ik begon met andere ogen naar het water in New York te kijken. Een van de eerste plekken die mijn aandacht trok, was de Brooklyn Naval Yard, vlak bij mij in de buurt. Ik wist niet dat daar de grootste scheepsbouwer ter wereld zat. De meeste schepen van de geallieerden werden er gemaakt. Tijdens de oorlog werkten er 70.000 mensen. Ik kreeg dertien jaar geleden een rondleiding en wist meteen dat ik erover wilde schrijven. Mijn haren kwamen letterlijk overeind te staan. Sommige ruimtes waren niets veranderd sinds de oorlog.’

Egan bleef onderzoek doen naar duiken en naar de oorlog terwijl ze ‘Bezoek van de knokploeg’ schreef, het boek dat haar bekend zou maken bij het grote publiek.

 

‘Bezoek van de knokploeg’ en ‘Manhattan Beach’ zijn heel verschillende boeken. Was het niet erg lastig om voortdurend te switchen tussen die twee werelden?

 

‘Grappig genoeg heeft het onderzoek voor ‘Manhattan Beach’ de thematiek van ‘Bezoek van de knokploeg’ erg beïnvloed, al zal dat voor de buitenstaander vreemd lijken. Mijn nieuwe roman is traditioneel, mijn vorige was op vormelijk vlak experimenteel. Ik las veel over vroeger en daardoor ging ik nadenken over tijd, herinnering en over hoe we terugblikken op ons leven. Ik begon te werken voor een historisch project waarbij ik tachtigjarige vrouwen interviewde die een baan hadden op de Naval Yard ten tijde van de oorlog.

Verder las ik de correspondentie van een echtpaar dat tijdens de oorlog werkte op de Naval Yard. Zij was een ontzettend goede schrijver, haar brieven gonsden van de anekdotes en van de levendige details. Uiteindelijk heb ik nog contact gekregen met de dochters van dit echtpaar. Ik heb ook het overlijdensbericht van de vrouw gelezen. Er zat natuurlijk een grote kloof tussen die brieven en dat overlijdensbericht. Dat gegeven heb ik gebruikt in ‘Bezoek van de knokploeg’, een roman waarin ik gigantische sprongen in de tijd maak en waarin heel veel ongezegd bleef.’

 

Waar kwam het verlangen om over de Tweede Wereldoorlog te schrijven vandaan?

 

‘Zoiets komt altijd voort uit wat ik lees of uit de films die ik zie. Verder denk ik dat de aanslagen van 11 september 2001 dat verlangen hebben aangewakkerd. Op één dag tijd veranderde New York in een oorlogszone na de terroristische aanslagen. Dat was schokkend voor Amerikanen omdat we niet gewend zijn aan oorlogen op eigen grond. Toen ik begon aan ‘Manhattan Beach’ dacht ik dat het een roman zou worden over de Tweede Wereldoorlog én over 9/11. In het begin probeerde ik een boek te schrijven dat qua vorm leek op ‘Bezoek van de knokploeg’. Ik kwam al snel tot het inzicht dat dit niet werkte. Ik probeerde sprongen te maken in de tijd maar het las als een manipulatief en ergerlijk verhaal.’

 

Uiteindelijk besloot u om er een traditionele roman van te maken. Was dat beangstigend?

 

‘Het duurde een tijd voor ik me ermee kon verzoenen dat dit een verhaal zou worden waarin de lezer wordt meegesleept, een vertelling die bijna iets ouderwets heeft. Ik wist natuurlijk wel dat lezers van mij iets anders verwachtten en ja, ik vond het spannend. Lange tijd bood ik weerstand. Maar toen bedacht ik dat je als schrijver maar beter niet bezig bent met lezersverwachtingen.

Veel mensen denken dat ‘Bezoek van de knokploeg’ mijn eerste boek is. ‘Ik vond je eerste beter,’ klinkt het dan. Ze weten niet dat ik sinds ‘Kijk naar mij’ bezig ben met vormelijke experimenten. Eerlijk gezegd was het een opluchting om het experiment los te laten. Ik was het moe. ‘Manhattan Beach’ bood me de gelegenheid om scènes te schrijven die je zelden tegenkomt in literaire fictie: scènes over diepzeeduiken, over oorlogsschepen. Trouwens: ik haat de term ‘literaire fictie’. Moeten we van af. Ik maak geen onderscheid tussen hoge en lage cultuur.’

 

Dat laatste blijkt uit de grote invloed van film noir op ‘Manhattan Beach’, een genre dat ook al belangrijk was in ‘Kijk naar mij’. Misschien zitten er toch meer gelijkenissen tussen uw romans dan op het eerste gezicht lijkt?

 

‘Dat vind ik ook. Velen zijn zo gefocust op de vorm dat ze niet zien dat er op thematisch vlak een grote continuïteit is. Ik heb altijd gewerkt met genres. Deze keer zijn het er twee: noir en scheepsverhalen. Die hebben een hoop gemeen: er is sprake van een grote dreiging, levens staan op het spel, de atmosfeer is belangrijk, beide spelen in donkere en krappe ruimtes.

Mijn favoriete zeeverhaal is ‘Moby Dick’. Herman Melville was een New Yorker, hij schreef veel over de oevers van de stad. Er staan prachtige omschrijvingen van zeedieren in ‘Moby Dick’. Tegelijk is het ook een grappig boek, een roman met een avontuurlijke structuur.

Op de openingsbladzijden beschrijft Melville hoe New Yorkers zich aangetrokken voelen tot het water. Dat herken ik goed, water heeft me altijd gelokt. In mijn kinderjaren woonde ik in Chicago, vlakbij Lake Michigan en vervolgens verhuisden we naar San Francisco waar het water al net zo aanwezig is. De zee heeft me er altijd aan herinnerd hoe klein ik ben ten opzichte van die eindeloos grote natuur. Anna, het hoofdpersonage in ‘Manhattan Beach’, heeft dezelfde gevoelens voor de zee als ik.’

 

Anna is een krachtig personage. Hoe belangrijk was het dat de duiker in het verhaal een vrouw is?

 

‘Ik wilde al heel lang een roman schrijven over vrouwelijke kracht, te meer omdat mijn vorige boeken vaak op een meer mannelijk territorium spelen. Denk maar aan ‘De burcht’. Ik weet hoe dit komt. Ik wil het autobiografische pad vermijden en met vrouwelijke personages is dat moeilijker dan met mannelijke. Ik vind mijn eigen leven te saai. Daarom heb ik in het verleden meer geschreven over mannen.

Anna is op meerdere vlakken een pionier. Ik maak van haar de eerste vrouwelijke duiker op de Naval Yard – in het echt was er wellicht niet één vrouwelijke duiker. Verder beleeft ze haar seksualiteit op een eigenzinnige manier. Ze is geen slachtoffer, woont alleen, stippelt haar eigen pad uit. Die feministische noot was essentieel. Vreemd genoeg vinden niet alle lezers de keuze van Anna om haar kind te houden een feministische. Ze hadden het beter gevonden als ze abortus had gepleegd. Nochtans is de beslissing om een kind alleen op te voeden heel radicaal voor die tijd.’

 

Een van de kernfiguren in het boek is Arthur Berringer, een bankier van wie de schoonzoon een gangster is. Hoe lastig was het om die werelden met elkaar te verzoenen?

 

Dat was een van de grootste avonturen voor mij. Ik moest voortdurend manieren verzinnen om mensen samen te brengen die je op het eerste zicht niet samen in een kamer zou verwachten. Door mijn research ben ik te weten gekomen waarom gangsters zo geromantiseerd worden in oude films. Tijdens de drooglegging, toen alcohol verboden was in de Verenigde Staten, begon de georganiseerde misdaad op nationaal niveau te opereren. Gangsters zorgden ervoor dat er toch alcohol kon gedronken worden en daarom werden ze zo populair. In die tijd was het heel gewoon dat gangsters, filmsterren en bankiers op dezelfde feestjes kwamen. Pas toen de drooglegging voorbij was en de georganiseerde misdaad zich ging bezighouden met drugs en prostitutie kregen gangsters een minder goed imago.

 

De scène waarin Arther Berringer zijn zoon en schoonzoons toespreekt deed me erg denken aan wat Hilary Mantel ooit zei over hoe de grote beslissingen op wereldvlak altijd genomen worden door mannen in een klein kamertje. Wat vindt u van haar standpunt?

 

Daar kan ik me zeker in herkennen. Net als Mantel schrijf ik veel over macht. Grappig trouwens dat je over Mantel begint. Ik kan haar niet anders beschrijven dan als mijn literaire poolster. Ik heb haar historische romans tot op het bot ontleed en bestudeerd om ‘Manhattan Beach’ te kunnen schrijven. Zij is een van de weinige auteurs die op een onsentimentele manier historische fictie brengt. Ik heb ontdekt dat ze heel veel dingen schrapt. Ze beschrijft weinig decor, haar boeken spelen bijna volledig binnenskamers. Ze doet niet aan bedelaars op straat. De kamers in haar boeken zijn donker, we zien wat de personages zien, meer niet. Daardoor besefte ik dat ik niet moest aan komen zetten met details als knikkerende kinderen op straat.

 

Het is opvallend dat uw eerste historische roman extreem actueel is. Was het boek al klaar voor Donald Trump aan de macht kwam?

 

In augustus 2016 bezorgde ik de eerste versie van het manuscript aan mijn redacteur. Daarna brak er een moeilijke periode voor me aan omdat mijn broer zelfmoord pleegde. Ik had een heel nauwe relatie met hem. Het boek was zowat het enige wat me op de been hield, ik was blij dat ik kon verdwijnen in die wereld. Toen Trump werd verkozen, slaagde ik erin om aan mijn boek te blijven werken. Ik ben erg gefocust. Pas toen hij effectief aan de macht kwam in januari 2017 besefte ik ten volle dat er niet langer aan te ontkomen viel. Toen kreeg ik het erg moeilijk.

Het klopt dat de wereld in ‘Manhattan Beach’ verbonden is met de huidige. Laten we eerlijk zijn Trump: is een gangster. En dan is er het ‘Me Too’-verhaal. De eerste paar jaren kregen vrouwen geen toegang tot de schepen op de Naval Yard. Men dacht dat mannen hen seksueel zouden belagen. Uiteindelijk kregen vrouwen toch de toestemming om aan boord te gaan. Gelukkig maar, hun lichamen zijn vaak wat compacter zodat ze makkelijker kunnen bewegen aan boord om werkzaamheden uit te voeren.

 

Is uw keuze voor de traditionele roman een definitieve?

 

Nee, ik denk dat ik in de toekomst traditionele en minder traditionele verhalen met elkaar zal afwisselen. Nu heb ik het plan om een boek te schrijven over een aantal personages uit ‘Het bezoek van de knokploeg’, misschien wel twee boeken, wie weet.

 

Jennifer Egan – Manhattan Beach – Arbeiderspers