Esther Freud interview (De Standaard)


Eigen leven als goudmijn

Voor ze als schrijfster doorbrak met ‘Hideous Kinky’ wou Esther Freud actrice worden. In haar nieuwste roman spelen ambitieuze acteurs en grillige regisseurs de hoofdrol.

Kathy Mathys

‘Ik kon mijn geluk niet op, toen we dit huis vonden, vlakbij Queens Wood. Het is een droomplek. Stil, en de metro is net om de hoek,’ vertelt Esther Freud die me meeneemt naar de keuken annex eetkamer die wit is en zonovergoten. De deuren naar haar Londense tuin staan open en de afwasmachine ronkt. ‘Wanneer een boek af is, heb ik weer tijd voor kleine, huishoudelijke dingen die vergeten geraken tijdens de schrijffinale,’ vertelt Freud en ze voegt eraan toe dat er na elk boek een moment volgt waarop ze denkt dat ze iets anders aanmoet met haar leven. Tuinieren, bijvoorbeeld. ‘Dat idee houdt niet langer stand dan één middag. Daarna ben ik het gewroet in de aarde al beu,’ bekent ze, haar ogen omringd door lachrimpels. Huizen zijn erg belangrijk voor Freud die haar personages altijd op zoek laat gaan naar een plek waar ze zich echt thuis voelen. Toen ze klein was, hadden Freud en haar moeder een nomadenbestaan, wat de schrijfster zou opzadelen met een eeuwig gevoel van rusteloosheid: ‘ Hoeveel ik ook hou van deze plek en van ons buitenhuis in Sussex, ik maak altijd plannen voor trips. Ik vind het erg moeilijk om lang op dezelfde plaats te blijven.’ Freud schreef over haar omzwervingen als kind in ‘Hideous Kinky’, haar verfilmde debuut.
Ook in ‘ Een kwestie van geluk’, haar zevende roman, valt Freud gedeeltelijk terug op eigen leven. Haar eerste liefde was het theater en in haar nieuwste boek volgt de schrijfster vier fictieve acteurs tussen 1992 en 2006. We zien hen tijdens de opleiding, tijdens audities, op de planken of op de filmset.
‘Ik ben vertrouwd met die wereld omdat ik zelf ooit een theateropleiding volgde, tot ik te horen kreeg dat ik niet goed genoeg was. Mijn man (David Morrissey, km) is een acteur en ik heb veel theatervrienden. Veel van mijn beste vrienden ken ik al sinds mijn zestiende, toen ik jeugdtheater deed. Rond mijn twaalfde besloot ik dat ik actrice wilde worden. Mijn ouders waren verrast en ondersteunend. Ze begonnen meteen rollen voor me te bedenken. Nu ik zelf drie tieners heb, denk ik dat het voor mijn ouders fijn was dat ik zo gefocust was. Mijn kinderen zijn helemaal anders. Op mijn twaalfde ging ik elke vrije avond naar het theater. Ik las stukken, stond zelf op het podium. Verhalen vertellen heeft me altijd al aangesproken. Als prille tiener wist ik al dat ik niet naar de universiteit wou, dat trok me helemaal niet aan. Ik wou zo snel mogelijk van school af. Essays schrijven, lag me helemaal niet. Ik ben altijd aangetrokken geweest tot het ambachtelijke, het concrete. Verhalen maken, sluit daarbij aan. Ik zie het als een ambachtelijke kunst. Je bouwt iets op, steen voor steen.’ Net als Nell, één van de personages uit ‘Een kwestie van geluk’, bleef Freud acteren bij kleine gezelschappen, zelfs nadat ze van de opleiding werd gegooid. Toen ze als jonge twintiger rondtrok met regionale gezelschappen gingen haar ogen open. Ze ontdekte dat er veel eenzame en saaie momenten waren:
‘Ik schrijf in de roman over een theatertour in Schotland en gebruikte daarvoor mijn herinneringen. Ik weet nog hoe moeilijk het was, wanneer je niet kon opschieten met de rest van de cast. Ooit zat ik in een stuk, samen met één andere actrice, een vrouw van 65, ik was toen 24. We logeerden in kamertjes die nauwelijks groter waren dan een hondenhok, erg deprimerend. ’s Avonds kookten we soep op één pit, gruwelijk. Ik dacht: dit wil ik niet meer doen op mijn 65ste. Toen was ik nog erg naïef en verwachtte ik ooit bij een groot gezelschap te kunnen spelen. Ik heb er geen spijt van dat ik geen actrice meer ben omdat ik iets heb ontdekt dat me beter ligt. Mocht ik geen schrijfster geworden zijn, dan zou het anders liggen.‘
Freud schreef al eerder over het theatermilieu. In haar tweede roman ‘ Peerless Flats’ speelt het theater een rol en in ‘Gaglow’ voerde ze een zwangere, werkloze actrice op. Toch vormde het theatermilieu in die boeken niet meer dan de achtergrond, ze gingen niet echt over acteeropleidingen of over het vak zelf.
‘Eigenlijk ben ik toevallig in ‘Een kwestie van geluk’ gerold. Ik was bezig met een heel ernstige, moeilijke roman, toen ik de vraag kreeg om een kortverhaal te schrijven. Dat verhaal, gesitueerd in het theatermilieu, rolde eruit en ik had zin om meer verhalen te schrijven over theater, film. De eerste versie van dit boek was een verzameling van kortverhalen met heel veel personages. Uiteindelijk heb ik toch besloten om er een meer coherente roman van te maken met drie hoofdrolspelers. Dat was een zware klus. Normaal gesproken werk ik helemaal niet op die manier: ik begin meestal met de eerste zin van de uiteindelijke roman. Beginnen bij het begin is veel handiger.’

Pukkel

Nell vormt het hart van de roman. Ze is, net als vele van Freuds personages, een buitenstaander die het gevoel heeft dat niemand haar echt ziet. Na het tweede jaar op Drama Arts – de fictieve toneelschool in het boek – krijgt ze te horen dat ze haar koffers kan pakken. Toch blijft Nell acteren, met wisselend succes. Charlie is een topper bij Drama Arts en ze vindt haar weg in de filmwereld, tot er plots geen rollen meer komen. Dan begint bij het theater en trekt naar Hollywood, waar het niet wil lukken.
‘Er zijn zoveel mythes, clichés en verhalen over acteurs en actrices – ik schreef in een handomdraai tien verhalen. Zo is er het verhaal van Charlie, een schoonheid die flipt omdat ze op een dag wakker wordt met een pukkel. Het lijkt misschien aanstellerig dat ze zich zo druk maakt om een nauwelijks zichtbare pukkel. Toch kan dat ernstige gevolgen hebben. Ik kreeg pas nog een mail van een bevriende actrice die ontslagen werd van de serie waarin ze speelde omdat ze acne had. Vooral voor vrouwen is het belangrijk dat ze er goed uitzien. In een ander verhaal heb ik het over de vernederingen die acteurs in opleiding ondergaan. Toen ik een theateropleiding volgde, in de vroege jaren 1980, had ik lesgevers die overeenstemmen met de personages in de roman. Ik hoop dat er inmiddels meer scholen zijn, waarin acteurs niet gekleineerd worden. Onlangs zag ik een documentaire over het Nationale Ballet in Engeland en ik stond versteld van de manier waarop regisseurs hun dansers afblaffen en bevelen geven. Ik vind het erg moeilijk om daar iets heilzaams in te ontdekken. Aan onderwerpen had ik geen gebrek, de structuur van het boek was wel een grote uitdaging. Ik wou namelijk een realistisch beeld geven van de scene. Elke acteur heeft momenten waarop het niet goed gaat, weken waarin er niets anders opzit dan te werken bij Pizza Express. De typische dramatische spanningsboog van een klassieke roman paste niet bij dit verhaal dat zich in grillige golfbewegingen voltrekt. Sommige acteurs geven het op wanneer ze dertig zijn, zo ken ik er veel. Ik maakte me zorgen om het documentaire gehalte van de roman. Bracht ik een te somber beeld van het wereldje? Was het succesmoment aan het slot wel realistisch? Sommige insiders vinden dat het einde te vrolijk is, wat ik belachelijk vind. Natuurlijk zijn er voorbeelden van acteurs die na jarenlang ploeteren een grote rol krijgen. Dat betekent niet dat ze definitief gelanceerd zijn. Zelfs na een grote filmrol kan je opnieuw in de pizzeria belanden. Toen mijn man de eerste versie las, vond hij het boek te somber. Volgens hem ontbrak er één cruciaal ingrediënt: ik vergat te vermelden dat het de leukste job ter wereld is, als het goed gaat. Ik had te veel geschreven over de vernederingen, de wanhoop en over de concurrentie tussen acteurs.’

Autobio

Freud volgde als twintiger schrijfcursussen die haar op weg hielpen als schrijfster. Ze heeft er mooie herinneringen aan: ‘ De sfeer was helemaal niet intimiderend. We waren een groep van vrouwen die onze herinneringen beschreven, erg autobiografisch allemaal. Een stukje over het eerste paar schoenen waar we dol op waren, dat soort dingen. Ik geef nu zelf gelijkaardige workshops en zie hoe gelukkig mensen zijn, tijdens het schrijven. Toen ontstonden de eerste aanzetten tot ‘Hideous Kinky’. Daarna besloot ik om mijn eerste roman te schrijven. Mijn eerste twee romans zijn heel sterk autobiografisch, de andere ook maar minder uitgesproken. Zo gebruikte ik voor ‘Huis in zee’ brieven van mijn grootvader, de rest van het verhaal is verzonnen. In het begin had ik er moeite mee dat schrijven een eenzame bezigheid is. Nadat ‘Hideous Kinky’ uitkwam, heb ik dan ook nog even geacteerd. Ik had niet meteen het gevoel dat ik een ‘echte schrijfster’ was. Die diepe overtuiging kwam er pas na mijn derde roman ‘Gaglow’.’

‘Gaglow’ speelt tijdens de Eerste Wereldoorlog in Duitsland en in hedendaags Engeland, waar een zwangere actrice op zoek gaat naar het verhaal van haar overgrootmoeder. De hedendaagse verhaallijn is voor het grootste deel autobiografisch: net als Sarah in het boek, poseerde Freud voor haar vader, de schilder Lucian Freud. ‘Het Duitse deel van het boek was een enorme uitdaging voor mij omdat ik voor het eerst research deed. Ik diende te vertragen, tijdens het schrijven, omdat ik keek naar andere levens dan het mijne. Wat aten de personages? Hoe praatten ze? Mijn vader had het wel eens over zijn moeders moeder, een moeilijk benaderbare dame, verwend en enig kind van een burgerlijke joodse familie. Hij vertelde me ook dat zijn moeder en haar zussen haar niet mochten. Dat bracht het boek op gang, die flarden. Toen ik ‘Gaglow’ af had, durfde ik me een schrijfster te noemen. Het boek dat ik daarna schreef, ‘The Wild’ was veel beter verteld dan ‘Hideous Kinky’.’ Freud schrijft het liefst over wat ze ‘human nature’ noemt, conflicten tussen mensen, hun psychologie. Ze laat zich graag inspireren door verhalen van anderen. Wanneer ze door tijdschriften bladert, borrelen er verhaalideeën op. ‘ Gisteren las ik nog een prachtverhaal over de onwaarschijnlijke plekken waar mensen elkaar ontmoeten. Ik begon meteen verhalen te verzinnen. Bij mij gaat het altijd over families, over mensen die ergens bij willen horen. In die zin is ‘Een kwestie van geluk’ een uitzondering, de families zijn zo goed als afwezig. Wanneer ik verhalen lees met personages die door het leven lijken te gaan zonder vader, moeder, broer en zussen, vind ik dat erg onnatuurlijk.
Mensen zeggen vaak: jij schrijft zo prachtig over kinderen. Ik verbaas me daarover. Schrijven vanuit kindperspectief is niet zo anders voor mij. Wat ik leuk vind aan de kinderblik, is dat het je toelaat om met verwondering te schrijven. Kinderen vinden alles verrassend, nieuw. Het boek waaraan ik nu werk heeft een 35-jarig hoofdpersonage en op haar ooglens zit al heel wat stof, vrees ik.’

***
Esther Freud – Een kwestie van geluk – vertaald door Ineke Lenting – De Bezige Bij – 349 blz. – 19,90 € – oorspronkelijke titel: Lucky Break.

Recensie:

Esther Freud volgde ooit de theateropleiding bij The Drama Centre, waar Colin Firth afstudeerde, en in haar nieuwste roman laat ze zich inspireren door eigen herinneringen daaraan en door die van andere theatermensen. Freud staat niet bekend om meesterlijke plots, haar verhalen zijn veelal anekdotisch. De psychologie van de personages en hun zoektocht in het leven staat voor Freud voorop. In dat opzicht is ‘Een kwestie van geluk’ een buitenbeentje. Freud laat haar beginnende acteurs ploeteren en zoeken naar succes maar de spraakmakende verhalen en theatermythes lijken belangrijker dan de personages zelf. Dan, bijvoorbeeld, blijft wel erg schimmig en onderontwikkeld. Het beste personage is Nell, geen klassieke schoonheid, een onwennig buitenbeentje. Haar tegenslagen raken de lezer het meest, al is niet elke Nell-episode even sterk. Haar angst voor audities is wel erg snel van de baan na één enkel bezoek aan een therapeut. De sterkste fragmenten zijn die waarin Freud laat zien waarom acteurs de hel van vernederingen en afwijzingen, het wachten op een verlossend telefoontje doorstaan: hun liefde voor het vak is eindeloos groot. Freud onderkende tijdens het interview dat ze dit boek ziet als een lichtere roman. Hij is minder indringend dan meesterwerken als ‘Huis in zee’ en ‘The Wild’. Zeker, ‘Een kwestie van geluk’ bezorgt je veel leesplezier, maar het blijft niet nazinderen. Freud is geen grote comédienne en sommige van de verhalen zijn licht voorspelbaar, zoals dat waarin Nell verleid wordt door een enge regisseur. (KM)