Dave Eggers – Een hologram voor de koning (De Standaard)


Wachten op de koning

Een IT-consulent trekt naar Saoudi-Arabië waar hij een deal wil afsluiten met koning Abdullah. Dave Eggers is op zijn best in ‘Een hologram voor de koning’.

Kathy Mathys

‘It is not every day that we are needed.’ Dit citaat uit Samuel Becketts ‘Wachten op Godot’ gaat vooraf aan de nieuwe roman van Dave Eggers. Het is een regel die zowel actie oproept als ledigheid, het lange wachten. Eggers serveert beide in zijn nieuwste roman. Alan Clay is een relikwie, een man uit vervlogen tijden. Dat merk je al aan zijn familienaam. ‘Clay’ betekent ‘klei’ en volgens Eggers ‘leek het Amerikaanse bedrijfsleven hem ongeveer even interessant te vinden als een vliegtuig dat uit modder was opgetrokken.’ Ooit maakte Clay de meest robuuste fietsen op het Amerikaanse continent, pareltjes die een leven lang meegingen. Clays droom spatte uit elkaar toen megacorporaties de boel noodgedwongen overnamen, toen het onhaalbaar werd om te concurreren met spotgoedkope Aziatische fabrieken. De 54-jarige Clay schoolde zich om tot een matig succesvol consulent.

In mei 2010 reist Clay af naar de Saoedische stad Djedda, waar hij zijn intrek neemt in een hotelketen waarvan de aankleding niet laat vermoeden dat hij het Westen heeft verlaten: glazen liften die ‘stil als sneeuw’ naar beneden glijden, een crèmekleurig, onpersoonlijk interieur. Voor Clay is het een missie van de laatste kans. In King Abdullah Economic City zal hij een holografisch vergadersysteem demonstreren aan de vorst. Hij doet dit in opdracht van IT-gigant Reliant, die hem er enkel heeft bijgehaald omdat Clay ooit de neef van de koning ontmoette.

Man in nood

Dave Eggers weet als geen ander een man in nood op te voeren. In zijn roman ‘Wat is de wat’ liet hij de lezer meeleven met de op feiten gebaseerde lotgevallen van een Soedanese vluchteling en in ‘Zeitoun’, een non-fictieboek over een overlevende van orkaan Katrina, duimden we voor de titelheld die levens trachtte te redden in een overstroomd New Orleans. De hoofdfiguren uit die twee boeken hadden kwikzilver in de benen, wat je niet kan zeggen van de fictionele Clay. Eggers laat het, als een refrein, tot twee keer toe weerklinken in het openingshoofdstuk: ‘Hij had geen moed gehad toen dat nodig was.’ Clay is een man die zich identificeert met mislukking. Hij verdient elk jaar minder als consulent, hij is al jaren gescheiden van een vrouw die te slim voor hem was, te onstandvastig, hij heeft een gezwel in zijn nek waar hij niet mee naar de dokter durft. Komt er geen deal met de koning, dan kan Clay de studie van zijn dochter Kit niet langer betalen. En dan is er de vreemde dood van zijn door transcendentale dichters geobsedeerde buur die Clay misschien had kunnen voorkomen. Clay voelt zich ontworteld. Enkel oude beelden van honkbalwedstrijden, die hij eindeloos herbekijkt, geven hem ‘het gevoel dat alles klopte’.

Illusie

De vraag die je als lezer geboeid houdt, is niet zozeer wanneer de koning zal opdagen, of dat een kwestie is van weken, maanden. Het gaat Eggers en de lezer meer om de vraag hoe het deze Jan Modaal met zijn ouderwetse moppen, zijn vage angst voor boerka’s zal vergaan in dit hallucinante woestijndecor. ‘Een hologram voor de koning’ laat zien dat romans de uitgelezen vorm zijn om door te dringen in de psyche van een personage. Terwijl het documentaire ‘Zeitoun’ te veel aan de vlakte bleef omdat Eggers zijn held niet wilde invullen, brengt de Amerikaan nu een intiem, grappig en doorleefd portret van zijn antiheld. De geëngageerde Eggers schildert met een subtiel penseel. Dit is een roman over het failliet van de klassieke Amerikaanse industrie en – in mindere mate – over de angst van de Westerling voor het Oriëntaalse. Clay trekt op met zijn chauffeur Yousef, reist mee naar het bergdorp waar de man vandaan komt. Yousefs vader bouwde er een gigantisch paleis, wat bij Clay respect afdwingt. Uiteindelijk is dat nog steeds dé Amerikaanse droom bij uitstek, een huis dat je met eigen handen hebt gebouwd. Tegenover het huis van steen staat het hologram, de illusie. Eggers legt de boodschap er nooit te dik op. Meer nog, de laatste dertig pagina’s van de roman zijn ongrijpbaar als water.
Dit boek sluit qua stijl aan bij ‘Wat is de wat’, de taal is sober maar niet kaal. Je merkt, bij herlezing, hoe zorgvuldig dit boek is gecomponeerd en hoezeer Eggers het evenwicht weet te bewaren tussen komisch surrealisme – de Beckett-achtige toetsen – en aangrijpend realisme. Net als in ‘De minnaars’ van zijn vrouw Vendela Vida, ook een roman waarin een Westerling door een Oriëntaals decor dwaalt met verwoestende gevolgen, zijn de landschapsbeschrijvingen functioneel, verdiepen ze de psyche van het hoofdpersonage. King Abdullah Economic City is een lege huls. Enkel de billboards langs de weg verbeelden een stralende toekomst. ‘Een hologram voor de koning’ is net zo indringend als ‘Wat is de wat’, net zo veelgelaagd ook. Een prachtroman.

****
Dave Eggers – Een hologram voor de koning – Lebowski Publishers – Amsterdam – vertaald door Gerda Baardman, Lidwien Biekmann en Jan de Nijs – 19.90 €. – Oorspronkelijke titel: A Hologram for the King.