Josh Ritter – De wonderjaren van Henry Bright (De Standaard)


Pratende engel

Popartiest Josh Ritter laat in zijn debuutroman, ‘De wonderjaren van Henry Bright’, zien dat hij kan schrijven.

Kathy Mathys

Toen de Amerikaanse singer-songwriter Josh Ritter bezig was met zijn album ‘So Runs the World Away’ (2010) kreeg hij een verhaalidee dat te complex was voor een popnummer. ‘De wonderjaren van Henry Bright’ is het resultaat. Ritters debuutroman is een allegorische vertelling, een donkerkomisch sprookje, een nachtmerrie over een oorlog die nooit overgaat. Tijdens de indrukwekkende openingsscène draagt Bright zijn pasgeboren zoon in de armen en sluit hij voorgoed de ogen van zijn in het kraambed gestorven vrouw Rachel. Bright is een veteraan uit de Eerste Wereldoorlog die in de Franse loopgraven zat en sindsdien stemmen hoort. De engel die tot hem spreekt, gebruikt Brights paard en geit als medium en zijn dwingende geboden laten zich niet negeren. Bright krijgt de opdracht om zijn hut in een Appalachengehucht plat te branden en zijn zoon mee te nemen. De engel voorspelt dat Brights zoon de nieuwe Hemelkoning wordt. De oude heeft afgedaan, liet de mensheid in de steek. Hoe valt de feilloze efficiëntie waarmee soldaten vochten in de Eerste Wereldoorlog anders te verklaren?

Ritter had al langer de ambitie om een roman te schrijven en zijn eersteling draagt de invloeden van de auteurs die hij waardeert: Dennis Lehane, Flannery O’Connor, Stephen King. Laatstgenoemde sprak zijn bewondering uit voor Ritters debuut, al had hij problemen met enkele onwaarschijnlijke plotverwikkelingen en met het schetsmatige van de personages. Het klopt dat de verhaallijn losse eindjes bevat en dat Brights belagers – de boosaardige vader en broer van Rachel – hoekige, onsubtiele slechteriken zijn. Toch past dit binnen een roman die sporen draagt van de murder ballad, een in de Appalachen geliefd genre. Het is Ritter meer te doen om sprekende beelden die in je hoofd blijven spoken en die bevat ‘De wonderjaren’ op overschot. De brand die zich een weg baant door verarmde kolenstadjes, de aanblik van het hemelse schilderij in een Franse kerk en het horrorhuis waar Rachels vader, de kolonel, de plak zwaait: zij zorgen voor een intrigerende sfeer.

De kolonel is een oorlogsveteraan uit een eerdere oorlog, een losgeslagen gek die zijn gezin terroriseert. Hij zit Bright op de hielen en dat maakt ‘De wonderjaren’ spannend. Ritter wisselt scènes uit de jaren 1920 af met wereldoorlogfragmenten en scènes over Brights kinderjaren. De structuur van de roman is ingenieus. Minder geslaagd is de manier waarop Ritter informatie die de lezer nodig heeft om te kunnen volgen verwerkt in dialogen tussen betrokkenen die de feiten al kennen. Dat is een typische beginnersfout die dit boek jammer genoeg wat minder sterk maakt. De taal heeft een formeel, Bijbels kantje. Ritter schuwt de lyriek niet. Hij stopt opvallend veel auditieve metaforen in zijn roman. Sommige zijn te liefelijk. Het geluid van een dodelijke wond klinkt ‘alsof een zwerm mussen een nest diep in zijn borst had gebouwd’.

Ritter stelt eeuwenoude vragen in zijn roman. Kan er een God zijn in een wereld met zoveel geweld? Gaat de oorlog ooit over voor wie erin vocht? Je gaat heel makkelijk mee in dit verhaal over een engel die Bright aan de kop blijft zeuren. De toon is indringend maar zeker niet humorloos. Met dit debuut laat Ritter vermoeden dat hij als romanschrijver nog meer in zijn mars heeft. Filmsterren en popzangers die romans beginnen te schrijven dienen zich dubbel en dik te bewijzen. De Amerikaanse pers is alvast vol lof voor Ritter, die ook in zijn ballades zingt over onheil, doem en engelen. De Amerikaan uit Idaho trekt momenteel Europa rond om voor te lezen uit dit boek dat hij zelf ‘een kleine komedie’ noemt.

Josh Ritter – De wonderjaren van Henry Bright – Nijgh & Van Ditmar – 285 blz. – 19.95 euro – oorspronkelijke titel: Bright’s Passage.

***

Op 10 juni is Josh Ritter te gast bij BorderKitchen in Antwerpen. Tickets en info: www.borderkitchen.be