Culinaire chicklit (De Standaard)

Pikante liefdes

Liefdesheldinnen koken er op los deze dagen. Met hun artisjokken en chocoladetaarten betoveren ze hun bedgenoten.

Kathy Mathys

Arme Bridget Jones… Haar oma-onderbroeken zagen er niet uit, haar strijd met overtollige kilo’s was hopeloos en in de keuken was ze een kluns. Herinnert u zich de scène waarin ze haar vrienden blauwe soep serveert? Niet meteen een gerecht om voor te zetten aan potentiële minnaars, laat staan aan Mr Darcy. Nochtans maken niet alle chicklitheldinnen er een boeltje van aan het fornuis. Meer nog, sommigen betoveren hun toekomstige bedgenoten met hun kookkunsten. Giulia Melucci schrijft in haar memoire ‘Liefde, lust en pasta’ (Uniekboek, 2009) hoe ze bij elk nieuw romantisch avontuur bedenkt op welke manier ze het hart van de man in kwestie kan veroveren. Zal hij wegsmelten bij de rigatone met aubergine of bij de spaghetti met rucola en pijnboompitten? Blijkt haar date een ploert die zich na een haastige aperitivo al richting bedstede schiet en van wie ’s ochtends niets rest behalve een afdruk op het hoofdkussen, dan zijn er nog altijd de troostrecepten. Morning after-pompoenbrood is Giulia’s favoriet. Chong Chiwon uit ‘Tong’ (Meulenhoff, 2009) van Jo Kyung-Ran voelt zich na de breuk met haar vriend ‘als een lukraak geknakt spinazieblaadje waar de knapperigheid af is’. Na een druilerige periode vol troostgerechten uit grootmoeders keuken is het tijd voor de wederopstanding én de wraak. Chong Chiwon, een topchef met een indrukwekkend arsenaal aan scherpe messen, gebruikt haar culinaire bevlogenheid om haar ex en diens nieuwe vlam te bestraffen. Hannibal Lecter kan nog wat van haar leren.
Eten en liefde: het blijkt een match made in heaven. Kersverse minnaars kunnen elkaar verleiden met hun kookkunsten en aan het einde van een relatie blijkt eten vaak het enige wat nog troost biedt. Helemaal nieuw is het genre van de culinaire chicklit niet. Denk maar aan ‘Rode rozen en tortilla’s’ van Laura Esquivel, een fel gesmaakte voorloper van romans à la ‘Tong’.

Oeufs en cocotte

Dat koken onze nieuwe religie is en dat heel wat mensen kookboeken lezen zonder de recepten ooit uit te proberen, is bekend. Geen wonder dat kookboeken met een verhaaltje erbij zo geliefd zijn. Toch is er een heel concrete aanleiding voor de stroom aan culinaire chicklit deze dagen: het succes van ‘Julie en Julia’ (2005) van Julie Powell. Uitgevers kopiëren nu eenmaal graag hun verkooptriomfen.
In 2002 is Powell een onbekende kantoorslaaf van bijna dertig met vage schrijfambities. Haar onafgewerkte roman ligt stof te vergaren en na haar dagtaak als secretaresse heeft Powell enkel nog puf voor alcohol en ‘Buffy the Vampire Slayer’. Haar toegewijde en – zo meen ik op te maken uit Powells werk – erg beminnelijke echtgenoot Eric vormt het enige pittige ingrediënt in de grijze brij van haar bestaan. Een groezelig appartement in een lelijke buitenwijk, een helse metrorit naar het werk tussen andere kantoorzombies en een knagende onrust omdat haar biologische klok ongenadig tikt: Powell heeft iets nodig, een hoofdletterproject. Omdat koken haar enige verzetje is, vat ze het plan op om alle recepten uit ‘Mastering the Art of French Cooking’ van Julia Child te bereiden. Het zijn er meer dan 500 en Powell weet dat ze een deadline nodig heeft: 365 dagen. Powell begint een blog over haar kookavontuur. Haar virtuele berichten gaan niet enkel over de ‘onthutsend roze kleur’ van een bieten-aardappelsalade of de geneugten van een boeuf bourguignon, maar ook over Erics haast onmenselijke geduld, de liefdesescapades van vriendin Gwen en de verwijtende telefoontjes van haar neurotische moeder. Uitgevers merken dat Powells blog een hit is en bieden haar een contract aan. ‘Julie en Julia’ is een memoire maar de anekdotes en de teneur zijn pure chicklit. Tussen de recepten voor ‘oeufs en cocotte’ en ‘puree de pommes de terre à l’ail’ door mailen Julia en haar entourage erop los en scheppen ze hun kleine menselijke drama’s. Tussen haar eigen verhalen door brengt Powell een gulle hommage aan de Amerikaanse Julia Child, die in 1948 in Parijs belandde en er haar wereldberoemde kookboek schreef. Ze spiegelt haar verhaal aan dat van Child: twee vrouwen die zichzelf vonden in de keuken.

Duistere minnaar

Van ‘Julie en Julia’ verscheen zopas een nieuwe editie naar aanleiding van de geslaagde verfilming, met Meryl Streep als een zwierige Child. Powell schreef inmiddels een vervolg op haar succesboek, ‘Gebakken lever voor Valentijnsdag’. Ze woont nu in een chique optrekje in Manhattan en is fulltime schrijfster. Toch is de existentiële onrust niet van de baan en Powell begint een affaire met de duistere ‘D’, zoals ze hem noemt. D is een pak hardhandiger dan teddybeer Eric en Powell blijkt de SM-praktijken wel te smaken. ‘Cleaving’ opent na de breuk met D, die ze hartstochtelijk mist. Om haar demonen te bezweren, hakt Powell vlees bij een New Yorkse slager. Erg therapeutisch en metaforisch allemaal. Voor Powell heeft de ontmanteling van dode dieren iets weg van een zen-sessie. Af en toe bekroop me plaatsvervangende schaamte bij de lectuur van Powells egocentrische en extreem exhibionistische schrijfsels. Toch bewijst de Texaanse, meer nog dan in ‘Julie en Julia’, dat ze kan schrijven. De passages over haar relatie met Eric en de ‘slachterij-taferelen’ doen je adem bij momenten stokken. Hoe het voor Eric en Julie afloopt, kan u eind oktober lezen in de Nederlandse vertaling.

U kent haar: van ‘Julie en Julia’, nu verfilmd met Amy Adams en Meryl Streep

Het boek: relatieperikelen met een culinair sausje

Ons oordeel: grappige en smakelijke passages wisselen de schaamteloos exhibitionistische stukken af

**
Julie Powell
Julie en Julia
Vertaald door Annoesjka Oostindiër, Contact, 352 blz., 12,50 €. Oorspronkelijke titel: Julie & Julia. My Year of Cooking Dangerously.

***
Gebakken lever voor Valentijnsdag – Een verhaal over huwelijk, vlees en obsessie, Contact
Oorspronkelijke title: Cleaving – A Story of Marriage, Meat & Obsession. Verschijnt eind oktober.