Nell Zink- Nicotine (De Standaard)

Zonder filter/ Lees  het oorsponkelijke stuk: Nell Zink – Nicotine

 

Nell Zink heeft originele ideeën, zo blijkt uit haar derde roman, ‘Nicotine’. Alleen jammer dat ze die niet altijd goed brengt.

 

Kathy Mathys

 

De familie van Penny is ‘een ontspoorde trein’. De moeder werd door de vader gevonden op een Colombiaanse vuilnisbelt. Dertien was de moeder toen en hij raakte haar pas voor het eerst aan toen ze achttien werd. De vader is een Joodse sjamaan die ten tijde van zijn reis door Columbia al getrouwd was. Penny heeft dan ook twee halfbroers.

Wanneer de sjamaan overlijdt, bekvechten de achterblijvers over zijn nalatenschap. Penny’s vader, die naar eigen zeggen niet geloofde in God, wel in religie, bezat meerdere huizen. Een ervan staat in Jersey City en wordt gekraakt door activisten die nicotinegebruik als een burgerrechtenkwestie beschouwen. Penny trekt naar Nicotine, zoals het huis heet. Ze is werkloos, rouwt en zoekt een tijdelijk onderdak. Ze mag dan wel een diploma bedrijfskunde op zak hebben, toch is ze door haar excentrieke achtergrond geen buitenbeentje. Zink neemt de lezer mee naar feestjes van transseksuele anarchisten en feministische mannen, naar Tranquility, een zusterhuis van Nicotine, waar de inwoners strijden voor de rechten van inheemse volkeren. Niet dat ze daarvoor altijd keihard hun best doen. Sommigen zamelen geld in of trekken de straat op, anderen maken zich er vanaf met een like op Facebook. Immers, het kost bijna niets om in een huis als Nicotine te wonen. Vind je het geen bezwaar om te teren op supermarkt-eten dat over tijd is, dan is het een prima leven.

 

Gevat

 

Bij het sterfbed van haar vader ziet Penny zichzelf ‘als klaagster in een lange traditie van uitzinnige klaagvrouwen die teruggaat tot de Griekse tragedies’. Nochtans doet dit boek niet denken aan Griekse tragedies, daarvoor is het te frivool en te weinig doorleefd. Qua ritme, plot en gekkigheid is een vergelijking met de romantische komedies van Shakespeare relevanter. Vooral in het tweede deel ligt de nadruk sterk op het aan elkaar knopen van alle touwtjes: de schrijfster zorgt ervoor dat elke speler aan het eind zijn partner heeft gevonden.

Nu is Nell Zink niet het soort schrijfster dat je leest omwille van de personages of om de emotionele impact van het verhaal. Daarvoor schrijft ze te nerveus en springerig, wil ze te veel scoren op komisch vlak. Het portret dat ze schetst van de krakers is gedetailleerd, scherp en vaak grappig. Zo schrijft ze dat woongemeenschappen als Nicotine waarschijnlijk gefinancierd worden door de gebroeders Koch om links rustig te houden. En ook: ‘Een ziektekostenverzekering is bedoeld om mensen te onderdrukken. De revolutie zou allang zijn uitgebroken als de armen op straat stierven zoals het hoort.’ Zink laat de personages zowel slimme als uitzinnige uitspraken doen. De dialogen zijn wervelend, al is het natuurlijk niet realistisch dat iedereen even gevat is.

Dat Nell Zink lof ontving voor haar eerste twee romans, ‘De rotskruiper’ en ‘Misplaatst’, komt vooral door haar aparte verteltoon. Rusteloos, roekeloos en ja, anarchistisch, zo zou je die kunnen noemen. Lees je haar werk, dan waan je je in een auto zonder stuur. Of je daarvan houdt of niet zal afhankelijk zijn van hoe je lezershoofd in elkaar steekt. Een andere reden waarom deze schrijfster werd geprezen, was haar aandacht voor personages die je niet elke dag tegenkomt in romans. Zink schrijft over excentriekelingen, anarchisten, figuren die zich op een ambivalente wijze verhouden tot de status-quo.

Op inhoudelijk vlak is Zink zonder twijfel een bijzonder originele schrijfster. Op technisch vlak valt er een en ander op haar werk aan te merken. Zo beschrijft ze enorm veel textuur en uiterlijkheden in dit boek, te veel. Ze vertelt ook vaak op een opsommerige manier: Penny doet dit, dan dat, dan weer iets anders. En dan de beschrijvingen van de emoties. Soms zet de schrijfster een emotie heel sterk aan en dan laat ze dat ‘doorleefde’ moment meteen volgen door een ironische kwinkslag. Of ze benoemt een emotie al te letterlijk: ‘Ze wil dicht bij hem zijn maar ze zit vast in een emotionele paradox (…)’. Natuurlijk hoeft Zink haar eigenheid, haar specifieke toon, niet weg te schaven. Toch zouden haar romans aan kracht winnen als de personages wat meer diepgang hadden en als ze durfde te gaan voor een emotionele onderlaag.

 

**

 

Nell Zink- Nicotine – vertaald door Gerda Baardman – Ambo Anthos – 311 blz.