Paul Auster – Bericht vanuit het innerlijk (De Standaard)

Vergeten wie hij ooit was
In zijn vorige boek verkende Paul Auster de geschiedenis van zijn lichaam. Nu is zijn geest aan de beurt.
Kathy Mathys
Tenminste, zo lezen we op de eerste bladzijden van ‘Bericht vanuit het innerlijk‘. In de praktijk is die tweedeling niet zo rigoureus en pakt Auster ook hier uit met honkbalverhalen.
Auster ziet zijn geschiedenis niet als een verhaal van het uitzonderlijke. Herkenbaarheid, daar draait het om ‘omdat je jezelf net zo ziet als een ander, als ieder ander‘. De ‘je‘ in het citaat is de schrijver zelf die, zoals in zijn vorige autobiografie, in de tweede persoon schrijft, een techniek die went en die niet gekunsteld aandoet.
En inderdaad, er valt veel te herkennen in dit boek over de eerste jaren, de jaren van magie en betovering: ‘Pennen waren luchtschepen. Muntjes waren vliegende schotels.‘ Auster heeft het over wonderbrood en Campbell-soep en toch was zijn jeugd niet oergezellig. Hij heeft geen gruwelherinneringen, wel was er altijd sprake van ‘een aanhoudend onderliggend gevoel van verdriet‘. De Austers hadden een slecht huwelijk en de zus van de schrijver, die net als in het vorige boek geen rol krijgt in het verhaal, kampte met psychische problemen.
Auster schrijft over de uren van verveling – belangrijk voor het voeden van de schrijversgeest –, over zomerkampen, over zijn eerste verliefdheid. Hij laat zien hoe zijn geest steeds meer informatie toeliet, hoe de grote wereld een plaats kreeg in zijn hoofd. De koude oorlog, Korea, eerst waren het niet meer dan fluisteringen uit de monden van volwassenen, later krijgen die oorlogen een gezicht.
In sierlijke, lange zinnen schrijft Auster over zijn ontdekkingen als lezer, over zijn eerste pennenvruchten. Zijn liefde voor boeken verbindt hij met het unieke vermogen van verhalen om het innerlijke leven van de mens te verbeelden.
Alleen en verward
‘Bericht vanuit het innerlijk‘ bestaat uit drie delen. Na het hierboven beschreven eerste deel volgen twee hoofdstukken die met wel erg losse schroeven vastzitten aan het begin. In ‘Twee mokerslagen‘ heeft Auster het over de films die zijn wereldbeeld aan diggelen sloegen, ‘The Incredible Shrinking Man’ en ‘I Am a Fugitive  from a Chain Gang’. Auster is altijd erg goed geweest in het beschrijven van films en van het effect dat ze op hem hebben. Toch zijn de details van de plot te breed uitgesmeerd.
In het laatste deel lezen we over Austers studentenjaren. Blijkbaar zijn er van de schrijver nauwelijks foto’s bewaard van voor zijn 35e. Zijn gescheiden moeder, bewaakster van het archief, verhuisde vaak en het meeste ging verloren. Er zijn geen kindertekeningen, geen voorbeelden van Austers kinderhandschrift. Je voelt hoe jammer Auster dit vindt. Hij probeert zich te herinneren maar tast in het duister en beseft ook dat herinneringen niet absoluut zijn. En dan, terwijl hij bezig is met ‘Bericht vanuit het innerlijk‘, krijgt hij een telefoontje van zijn ex, schrijfster Lydia Davis. Ze heeft meer dan 100 brieven van Auster en vraagt of hij een kopie wilt, voor ze ze afstaat aan een literair archief.
De brieven van Auster als vroege twintiger, waaruit hij hele lappen tekst citeert, klinken de schrijver nu vreemd in de oren. Hij wist niet meer dat hij zo alleen was, zo gedeprimeerd en verward. Davis zit in Londen voor de studie, Auster in Parijs en blijkbaar brandt bij hem het liefdesvuur krachtiger dan bij haar. De brieven gaan zowel over ‘Finnegans wake‘ als over scheten laten, al is de toon meestal ernstig, dramatisch ook. Auster was verward, ontheemd. Hij werkte toen al aan een verhaal dat de eerste kiemen bevatte van ‘Maanpaleis‘. Ook Davis schreef en ze worstelde met het schrijfproces. Auster raadde haar aan om te mediteren.
‘Bericht vanuit het innerlijk’ laat mooi zien hoe we onze levensgeschiedenis herschrijven, steeds weer, hoe we vergeten wie we ooit waren. Ondanks de interessante passages is dit een versnipperd boek waarvan het eerste deel over de kinderjaren zowel herkenbaar als, bij momenten, voorspelbaar is. Het laatste deel is interessant voor Auster-fans maar, net als bij de filmbeschrijvingen, gaat de schrijver te lang door. Deze autobiografie bevat ook foto’s, niet van de schrijver maar van politici, honkbalspelers, acteurs.
**

Paul Auster – Bericht vanuit het innerlijk – vertaald door Ronald Vlek – De Arbeiderspers – 244 blz. – oorspronkelijke titel: Report From the Interior.