Spionage (De Standaard)

Op treinen en trams kan ik het niet laten om boekenlezers te bespieden. Ik wil weten wat ze lezen, ook al moet ik me in rare bochten wringen om de kaft te zien. Soms krijg ik boze blikken. Terecht, vind ik, het zijn mijn zaken niet. Dat onze surfgewoonten geen geheim vormen voor marketeers en onze supermarkt weet welk yoghurtmerk we het lekkerst vinden, kunnen we nog net verdragen, maar lezen doen we het liefst alleen. Lezers van e-books worden weliswaar ontzien door treinspionnen – er zit geen omslag om hun boek – maar voor hen dreigt een ander gevaar. Sinds kort analyseert Barnes & Noble de leesgewoonten van Nook-gebruikers, de e-reader die B&N op de markt bracht. Daarna belanden de resultaten van hun diepteanalyses bij de uitgever, zodat ‘wij schrijvers kunnen helpen om nog betere boeken te schrijven, dat is winst voor iedereen,’aldus Jim Hilt van B&N. Ook Kindle-lezers doen hun ding niet alleen in het donker. Amazon weet hoe snel lezers gaan, waar ze dralen, eventueel afhaken, welke boeken weggelegd worden enzovoorts.
Misschien kan het u niet schelen dat een of andere analist weet dat u oeverloze landschapsbeschrijvingen en gedachtestromen van personages vluchtig scant om dan over te gaan tot de actiescènes. Alleen is het zeer de vraag wat Hilt bedoelt met ‘betere boeken’. Zullen toekomstige uitgevers passages waar lezers niet doorheen roetsjen vermijden? Wat zegt dralend lezen over de waardering van de lezer? Hoe vaak leggen we niet een boek opzij om iets te laten bezinken, omdat het te mooi is, te intens? Of banaler: omdat de soep dreigt over te koken. Surfend naar nog meer boekennieuws botste ik op een artikel dat, hoewel veel luchtiger, iets te maken heeft met bovenstaande nachtmerrie. De Argentijnse uitgeverij Eterna Cadencia wil debutanten een duwtje in de rug geven. Ze brengt boeken op de markt met speciale inkt die vervaagt door contact met lucht en licht. Twee maanden nadat een lezer het boek openslaat, zijn de letters verdwenen. Eterna Cadencia vindt dat teveel debutanten ongelezen blijven en daardoor nooit toekomen aan een opvolger. Ik moest meteen denken aan Jim Hilt en zijn bewering over ‘betere boeken’. Hoe zal het kleine schrijvers en debutanten vergaan in een wereld waarin vlot geconsumeerde passages de norm worden? Krijgen binnenkort enkel pseudo-debutanten een kans, blitse jongens en meisjes die snel een boekje schrijven om vervolgens weer neer te strijken in een talkshow als sidekick? Ik kan me niet voorstellen dat gevestigde namen – de Franzens, de Houellebecqs van deze wereld – zich zorgen moeten maken. En toch. In Hollywood houdt men al jaren test screenings. Na de feedback van het testpubliek kreeg ‘Titanic’ een ander slot en sneed Billy Wilder een hap uit zijn meesterwerk ‘Sunset Boulevard’. Komt het ooit zover in boekenland?

Kathy Mathys