‘Het lijkt wel Sinterklaas,’ zegt Warner wanneer ik de dag begin met de mededeling ‘Nog vier keer slapen.’ Nog vier keer slapen dus en dan ligt Tot het glinstert in de winkel. Dat maakt me zowel uitgelaten als nerveus en vooral in de eerste ochtenduren krijgt de nervositeit de bovenhand. Zal het boek zijn lezers vinden? Komen er recensies? En wat voor recensies?
Op de momenten dat de angst in mijn lijf gaat woekeren, is het tijd voor een bezoek aan mijn schrijfhuisje, achterin de tuin. Ik parkeer Tante Neuroot, mijn eeuwige gezel, bij de dorpel en trek de deur achter me dicht. Soms wringt ze zich door gaten of kieren en blijft me alsnog tergen, maar meestal houdt ze zich koest.
In mijn schrijfhuisje wordt niet enkel aan De Roman gewerkt. Ik rol er mijn yogamatje uit, plak er gedroogde bloemen op kaarten om te versturen en ik schrijf brieven, heel veel brieven (ja, Ik ben zo een negentiende-eeuws personage dat graag schrijft bij kaarslicht, meer daarover in een andere blog). Bij mijn brieven en kaarten stop ik bijna altijd een fraai ingepakt theezakje.
Soms plak ik een droogbloem op het zakje of doe ik er een lint omheen. Het liefst gebruik ik oud cadeaupapier of papier uit een tijdschrift. Ook mijn schrijfstudenten krijgen theezakjes met kerst (Yogi Christmas Tea!) of aan het eind van de opleiding: het is mijn handelsmerk inmiddels.
Niet alleen ben ik verslingerd aan thee en papier, het ritueel zorgt ook voor rust in mijn kop. Een dierbare vriendin noemt het mijn ‘theemeditatie’. Ik geloof dat er de komende dagen weer behoorlijk wat theezakjes ingepakt zullen worden.
Kathy Mathys