Twee euro
Toen ik nog in Brussel woonde, ging er geen week voorbij of ik trok naar Pêle Mêle, één van de vele tweedehandszaken op de Anspachlaan waar je oude boeken, magazines, platen en cd’s kan kopen. Het ruikt er kruidig, vooral op hete dagen: oud zweet, vergeeld papier en een gebrekkige ventilatie. Via de singles uit de jaren tachtig kwam ik steeds bij de boeken terecht die voor belachelijk lage prijzen over de toonbank gingen. In heel wat exemplaren stond voorin een boodschap. Un grand bisous. With all my love. Voor mijn dochter. Twee euro betaalde je voor zo een boek. Voor het geld kon die dochter het niet verkocht hebben. Misschien uit wraak, uit plaatsgebrek. Ik ben altijd benieuwd geweest naar de levensloop van dingen. De knaloranje haardroger die week op week blijft liggen op de rommelmarkt, het plakkerige boek met Barbiestickers, de uitgesleten schoenen: waar komen ze vandaan? Toen Miranda July werkte aan het script voor haar film The Future, was elke vorm van afleiding welkom. Ze verslond YouTube-filmpjes en las wekelijks het krantje van PennySaver, waarin mensen zowat alles te koop aanbieden, van oude kerstkaarten tot exotische vissen. Op zoek naar een opheffing van haar writer’s block en uit nieuwsgierigheid naar de verkopers zocht July hen op. Sommige lieten zich interviewen over hun verleden en diepste geheimen. Het resultaat staat in It Chooses You (Canongate Books), dat de ingekorte interviews bevat en foto’s van de meestal overvolle huizen waar July terechtkwam. Toen ik dit boekje las en me vergaapte aan de bizarre, aangrijpende foto’s van Brigitte Sire moest ik denken aan Man bijt hond. Werkten de makers van het tv-programma in Los Angeles, dan zouden ze verhalen serveren à la Miranda July, verhalen waarin verarmde transseksuelen en ex-gedetineerden een hoofdrol krijgen. July brengt geen freakshow, maar wie haar werk als schrijfster en kunstenares kent, weet dat ze vooral geïnteresseerd is in de rare kronkels van de menselijke geest. It Chooses You is een kroniek van eenzaamheid, armoede, radeloosheid en hoop. De meeste geïnterviewden gooien hun hele levensverhaal er al te makkelijk uit. Het gaat om mensen voor wie de drie dollar die een oude Troetelbeer mogelijks opbrengt meer dan welkom is. Geen van de geïnterviewden heeft een computer en velen van hen leiden geïsoleerde levens. Sommige verhalen onthullen een stukgelopen leven. Andere zijn grappig, op het pijnlijke af. De meeste koopwaar is kitscherig of verlept, maar dat maakt hun achtergrond niet minder interessant. Het vreemdste artikel is een collectie fotoalbums. De eigenares vond ze ooit in een vuilnisbak en hoewel ze het echtpaar op de foto’s niet kende, gooide ze de boeken niet weg. De foto’s lieten haar wegdromen over verre bestemmingen waar ze nooit naartoe zou reizen. De zorg waarmee de foto’s zijn ingeplakt en de uitvoerige bijschriften zijn hartverscheurend. Gelukkig gaf July ze een plekje in haar huis.
(Kathy Mathys)