Women’s Prize 2019 (De Standaard)

Women’s Prize 2019

Lees hier de krantenversie: Women’s Prize 2019 1Women’s Prize 2019 2Women’s Prize 2019 3

 

Maar liefst drie romans verdienen de Women’s Prize for Fiction die op 5 juni wordt uitgereikt. Wij stellen de kandidaten van deze sterke shortlist aan u voor.

 

Kathy Mathys

 

Pat Barker – De stilte van de vrouwen

 

Ajax, Agamemnon, Odysseus, Achilles: wie kent hun namen niet? De krijgers en koningen uit de Trojaanse oorlog zijn vereeuwigd in gedichten en heldenzangen. Hun vrouwelijke tijdgenoten komen er meestal bekaaid vanaf. Pat Barker vertelt het verhaal van de oorlog tussen de Grieken en de Trojanen vanuit Briseïs, koningin van Lyrnessos. Nadat de Grieken haar stad hebben verwoest, nemen ze de vrouwen mee naar hun kamp bij zee. Briseïs wordt de concubine van Achilles. In ‘De stilte van de vrouwen’ vertelt zij haar indringende versie. De vrouwen in het kamp noemden Achilles ‘de slager’. Toch zet Barker geen ongenuanceerd beeld neer van de beroemdste aller krijgers, integendeel. In haar roman wordt Achilles een man met een complexe seksualiteit. Zwaar getormenteerd is hij als zoon van de godin van de zee, die haar kind jaren geleden verliet. In ijzingwekkende scènes laat de schrijfster zien hoe Achilles steeds weer wordt aangetrokken door de zee, waar hij glimpen opvangt van zijn moeder.

Briseïs is beschermd opgegroeid en is de keurende blikken van de mannen niet gewend. Ze vreest dat Achilles snel genoeg van haar zal krijgen en dat haar lot niet beter zal zijn dan dat van de seksslavinnen die de Griekse soldaten op hun wenken moeten bedienen.

Barker, die in 1995 de Man Booker Prize won voor ‘Weg der geesten’, laat op een ongedwongen manier zien dat vrouwen aan de ene kant wegwerpartikelen zijn voor de Grieken en aan de andere kant juist een gigantische rol speelden in het hele conflict. Zo begon de oorlog met de schaking van Helena van Troje.

Wie denkt dit verhaal onderhand wel te kennen, wil ik op het hart drukken dat deze roman

fonkelend is als een pasgeborene. De levendigheid van het proza zorgt ervoor dat je geen moment wil missen. Barker zou een schitterende en verdiende winnaar zijn van de prijs. Haar roman is geen herkauwing, of zoals het hoofdpersonage zelf zegt: dat was zijn verhaal, dit is het mijne.

 

*****

Pat Barker – De stilte van de vrouwen – Ambo Anthos

 

 

Madeline Miller – Circe

 

Net als in ‘De stilte van de vrouwen’ worden in ‘Circe’ bekende verhalen uit de Griekse mythologie verteld vanuit het perspectief van een vrouw. Circe is de heks die door de goden werd verbannen naar het eiland Aiaia. Ze duikt in verschillende vertellingen op. Haar bekendste wapenfeit vinden we bij Homeros. Hij schreef dat ze Odysseus’ manschappen in varkens veranderde. Ze deed dit om te verhinderen dat de soldaten zich aan haar zouden vergrijpen.

Circe mag dan wel de dochter zijn van Helios, god van de zon, met haar gele ogen en krassende stem lijkt ze meer op een mensenkind. Je zou verwachten dat het verhaal, dat aan een fiks tempo begint, stilvalt op het eiland. Niets daarvan. Circe krijgt bezoek van goden, zoals Hermes met wie ze iets begint, maar ook van mensen. Miller, die eerder de Women’s Prize won met het minder sterke ‘Een lied voor Achilles’, zet een geraffineerd portret neer van een vrouwelijke godheid die gefascineerd is door de mens. Circe treurt omdat de mensen die ze liefheeft uiteindelijk moeten sterven. ‘Circe’ is een rijk boek waarin het wemelt van de verhalen. Zo brengt Miller ook de strijd tussen de Olympiërs en de Titanen of het verhaal van Scylla, dat van Prometheus. Alles wordt soepel maar niet gladjes verteld. Over de feministische boodschap van de schrijfster kan je niet heen lezen. Wel dient gezegd dat hier verschillende vrouwen aantreden die allerminst lieverdjes zijn, Medea bijvoorbeeld of Pasiphaë, de zus van Circe. In het begin van deze epische roman bewonder je vooral de vertelkracht van Miller, aan het eind leef je echt mee met een godheid die haar trage, kille godenhartslag wat graag zou verruilen voor die van een mensenhart. Ook deze roman zou niet misstaan als winnaar van de prijs.

 

****

Madeline Miller – Circe – vertaald door Miebeth van Horn – Orlando uitgevers – 384 blz.

 

 

Oyinkan Braithwaite – Mijn zusje de seriemoordenaar

 

Op de shortlist staan drie romans die van binnenuit laten zien wat het betekent en hoe het voelt om zwart te zijn. ‘Mijn zusje de seriemoordenaar’ van debutante Oyinkan Braithwaite is de meest luchtige van de drie. Het openingshoofdstuk telt slechts twintig woorden. Verteller Korede verneemt dat haar zusje Ayoola weer eens iemand heeft vermoord. Ter verdediging voert Ayoola op dat ze zich bedreigd voelde door haar vriendje. Ze weigert het mes te dumpen – ‘Het is het enige wat ik nog van hem heb’- en laat Korede de bloedspetters wegpoetsen. Zo gaat het altijd: grote zus mag de boel opruimen. Met deze openingsbeelden waan je je in een film van Tarantino. De toon is gortdroog, het geweld over the top.

Braithwaite vertelt gebald, in korte hoofdstukken. Wel krijg je een grondige indruk van het hedendaagse Lagos, waar de zussen en hun moeder wonen. De vader is overleden. Hij deed schimmige zaken en was gewelddadig. De meeste actie speelt zich af in het ziekenhuis waar verpleegster Korede smacht naar dokter Tade. Ze probeert net zo bevallig met haar heupen te wiegen als haar bloedmooie zusje, maar het is Ayooli die de aandacht van de dokter weet te trekken. Echt spannend wordt het niet in deze entertainende roman die vertelt over hoe rijke mannen in Nigeria omgaan met vrouwen: ‘Als je geld hebt, zijn studentes voor mannen wat plankton is voor walvissen.’ Door het verhaal van de vader erbij te halen, slaat Braithwaite een serieuzere toon aan naar het einde toe. Na het komisch begin is het moeilijk om daarin mee te gaan. Vooral de vraag naar de verhouding tussen de zussen is interessant. Wie heeft de ware macht in handen? Wie stuurt wie aan? ‘Mijn zusje de seriemoordenaar’ bevat energieke en grappige momenten, maar het is geen indringend boek en valt te licht uit om de Women’s Prize te winnen.

 

***

Oyinkan Braithwaite – Mijn zusje de seriemoordenaar – vertaald door Astrid Huisman en Roos van de Wardt – uitgeverij Pluim – 231 blz.

 

 

Tayari Jones – Een ongewoon huwelijk

 

‘Zes of twaalf, dat is je lot als zwarte man. Gedragen door zes of veroordeeld door twaalf.’ Dit citaat uit de vierde roman van Tayari Jones is tekenend voor deze vertelling over een onterecht veroordeelde. Voor Roy en Celestial zijn de wittebroodsweken nog niet lang voorbij wanneer hij wordt opgepakt in een motelkamer in het diepe zuiden van de Verenigde Staten. Verkrachting luidt de beschuldiging en, later, de veroordeling, ook al was Roy op het moment van de feiten bij zijn vrouw.

‘An American Marriage’ is de oorspronkelijke titel van dit boek. Amerikaans, zoals in het verlangen koesterend om iets van je leven te maken, een huis te bouwen, een familie te stichten. Roy heeft nooit echte armoede gekend maar, zo stelt hij, ‘als mijn jeugd een sandwich was, zou er geen vlees tussenuit steken’. Celestial komt uit een ander milieu. Haar vader liep als kind nog op blote voeten rond in Alabama om vervolgens uit te groeien tot uitvinder en miljonair. Roys grootste wens is de vervulling van die Amerikaanse droom. Alleen hield hij er geen rekening mee dat je als zwarte man nooit echt veilig bent in de VS.

‘Een ongewoon huwelijk’ is een gelaagd en breed uitwaaierend verhaal waarin we de voorgeschiedenis van alle personages leren kennen, ook die van Andre, de oude vriend met wie Celestial iets begint wanneer Roy in de gevangenis zit. Jones schrijft bezield over vaders en zonen, over de sociale verschillen binnen de zwarte gemeenschap, over het gevangenisleven. Is dit gevangenisdeel, verteld in de vorm van brieven, al pijnlijk, dan wordt het pas echt hartverscheurend met het moment van Roys vervroegde vrijlating. Dit is een verhaal over onrecht én een levensecht portret van een huwelijk. Bij ons is deze Amerikaanse schrijfster nog onbekend. Net als Barker en Miller zou ze een terechte winnaar zijn van de prijs.

 

****

Tayari Jones – Een ongewoon huwelijk – vertaald door Elvira Veenings – HarperCollins – 350 blz.

 

 

Anna Burns – Melkboer

 

Anna Burns won vorig jaar de Man Booker Prize met haar roman over het belegerde Belfast uit de jaren 1970. ‘Melkboer’ is een talig, experimenteel boek met een absurdistisch karakter. Zie recensie DSL 12/10/2018.

 

***

Anna Burns – Melkboer – Prometheus – Natasha Gerson en Roland Fagel – 368 blz.

 

 

Diana Evans – Ordinary People

 

In ‘Ordinary People’, de derde roman van Diana Evans, strijken we neer in Londen, ten zuiden van de Thames. De huizen zijn er goedkoper, het leven heeft er een rauw randje. Soms is er sprake van geweld in de buurt waar Melissa en Michael een huis kochten. De komst van een tweede kind stelt het paar op de proef. Melissa vindt het lastig manoeuvreren in haar gekrompen wereld. Ooit droomde ze van verre reizen.

Michaels beste vriend Damian woont met vrouw en kinderen buiten Londen en heeft het er moeilijk mee omringd te zijn door alleen maar blanken. Het liefst wil hij terug naar de hoofdstad. Evans laat Damian lezen in ‘Oorlog en vrede’, geen toevallige keuze van een schrijfster die een alwetende verteller zijn zegje laat doen, soms over de hoofden van de personages heen. Haar aanpak is episch, net als die van Tolstoj.

De personages behoren tot de zwarte middenklasse. Hun verhaal begint vlak na Obama’s verkiezing in 2008 en eindigt met de dood van Michael Jackson, in 2009. Alle spelers worstelen met relaties en met zingeving. Zo vraagt Damian zich na de dood van zijn vader, schrijver en politiek activist, af hoe hij ooit kan tippen aan zijn ouders. Het liefst wil hij gewoon thuiskomen en naar ‘Neighbours’ kijken.

‘Ordinary People’ is aan de ene kant, met die verteller, oerklassiek, aan de andere kant onconventioneel. De schrijfster is namelijk weinig geïnteresseerd in plot en spanning. Het boek bevat schitterende, lyrische passages over geboorte of over de muziek van John Legend. Helaas klinkt de verteller soms te uitleggerig met zijn ‘ondertiteling’ bij de handelingen van de personages.

 

***

Diana Evans – Ordinary People – Penguin – 341 blz.