Colm Toíbín – De lege familie (De Standaard)

Aantrekken en afstoten
In ‘ De lege familie’ van Colm Toíbín worstelen de personages met vragen over hun thuisland.
Kathy Mathys
De Ierse Colm Toíbín, bij ons bekend van de roman ‘Brooklyn’, leerde op jonge leeftijd al dat het landschap van zijn jeugd zijn grootste inspiratiebron kon vormen. Hij groeide op in Enniscorthy en is, net als enkele personages in de verhalenbundel ‘De lege familie’, eindeloos gefascineerd door de kust van Wexford, waar jaarlijks een stuk land afbrokkelt in zee. In het titelverhaal keert een man vanuit de Verenigde Staten terug naar het thuisland om er te wandelen op de plek die zijn Amerikaanse dromen binnendringt, om er de wind te horen huilen. De man ziet de zee als een kracht die zich door niets of niemand laat intimideren. De zee lacht om alle menselijke drukte en prestatiedrang – zo futiel en vergeefs. Ook in ‘Eén min één’ denkt een Ier, die in Texas woont, aan zijn geboorteland. Hij hoopte dat het lege Texaanse landschap herinneringen aan de dood van zijn moeder zou opslokken. Toíbín is meesterlijk wanneer hij de terughoudendheid beschrijft waarmee moeder en zoon elkaar benaderden. De personages in deze bundel hebben een moeilijke band met hun land van afkomst, dat zowel aan hen trekt als hen afstoot. In ‘Twee vrouwen’ bezoekt de 75-jarige Frances Dublin om er een filmset aan te kleden. De confrontatie met de straten van vroeger brengt herinneringen naar boven. Dit gegeven zien we vaker: een alleenstaande, hardwerkende blikt terug en vraagt zich af of hij een thuis heeft.  
                                                                                                                                                              Toíbín is nieuwsgierig naar de donkere aard van de relaties die we aangaan met anderen, naar de verzwegen onderlagen. In ‘De parelvissers’ ontmoet een homoseksuele scenarist een bevriend echtpaar dat hij lang niet zag. De vrouw, diepreligieus en conservatief, had ooit seks met een priester op school. Ze wil nu de waarheid over die ‘ongepaste’ benadering van de priester aan het licht brengen, maar weet niet dat haar man ooit iets had met de scenarist. ‘Stilte’ is het meest ingenieuze verhaal uit de bundel. Toíbín liet zich inspireren door een anekdote uit de notitieboeken van de 19e-eeuwse schrijver Henry James, over wie hij eerder al de roman ‘De meester’ schreef. In ‘Stilte’ laat Toíbín de ongelukkig getrouwde Lady Gregory op magistrale wijze tot leven komen, haar bitterheid en wanhoop, het keurslijf waarin ze vastzit. Dit is een verhaal over het huwelijk als formele plichtpleging, over seksisme, vurige passie. Het resultaat is zowel melancholisch als verrassend. Het laatste verhaal, ‘De straat’, heeft de lengte van een novelle. Het is een van de drie Barcelona-verhalen in ‘De lege familie’. Een Pakistaanse migrant tracht een leven op te bouwen in Spanje, waar hij ’s nachts een kamer deelt met mannen die net als hij uitgebuit worden. Dan begint de man iets met een andere migrant. Toíbín bewijst met deze verhalencollectie opnieuw hoe scherp zijn psychologisch inzicht is en hoe uitgekiend zijn gevoel voor het onuitgesprokene.
****
Colm Toíbín – De lege familie – vertaald door Anneke Bok – De Geus – 315 blz. – 22,50 € – oorspronkelijke titel: The Empty Family.